Verklaring bij het ochtendgebed
“Wie de getijden verzuimt, wordt door de tijd overspoeld” (Jan Wit) Onder andere daarom is het in deze absurde tijd van levensbelang de dag op de juiste manier te beginnen.
Dit ochtendgebed is bedoeld voor persoonlijk gebruik maar kan ook goed gebruikt worden in een kleine groep. Je hebt nodig de Naardense bijbel, het ‘boek der psalmen’ van Gerhardt/van der Zeyde, een toonfluit en een ruimte om te bidden (deze zo inrichten dat ze niet afleidt maar het bidden ondersteunt).
Na het openingsvers volgt psalm 95, van oudsher herkent als de ochtendpsalm bij uitstek. Hij begint met een lofzang voor de Ene (1-6), in vers 7 kantelt de psalm naar ons toe met de geruststelling dat Hij ons beschermt. De rest (8-11) bevat een appèl om te luisteren: ‘Het is heden, hoort naar zijn stem’, ga de woorden die je straks leest ook doen want dat is de strekking van heel het bijbels onderricht: DABAR –horen en doen-
Lezing uit het oude Testament (uit de Naardense Bijbel). Begin met de Thora. Later zal je ervaring je wel verder wijzen.
een kleine minuut stilte
Psalmen. Begin gewoon bij 1. Bid er een aantal afhankelijk van de grootte. Bid ze uit ‘het boek der psalmen’ van Gerhardt / van de Zeyde. Deze psalmvertaling bezit de kwaliteit van een wetenschappelijk verantwoorde weergave van de grondtekst en doet tevens recht aan de poëtische dimensie daarvan. Oefen je in het ‘reciteren’ er van zoals aangegeven, zeker als je met een kleine groep bent.
een kleine minuut stilte
Lezing van het Evangelie (hardop uit de Naardense Bijbel). Begin bij Johannes en vervolg met Matteus, Marcus, Lucas enz. Later zal de Geest je wel verder leiden.
drie minuten stilte
Lofzang van Zacharias. Van de drie lofzangen (Zacharias, Maria en Simeon) staat deze in het ochtendgebed. Er zijn 4 antifonen die je naar eigen smaak kunt gebruiken. Ook hier geldt: zíng de lofzang.
Gebeden. Hier kun je alles wat je op je hart hebt aan onze Vader kwijt. Na verloop van jaren ga je merken dat de psalmen je al vóór waren en ga je de ervaring van Kierkegaard op het spoor komen.
‘Langzamerhand, naarmate zijn gebed inniger werd, had hij minder te zeggen en tenslotte zweeg hij maar helemaal. Hij werd stil, hij werd een hóórder. Hij had altijd gedacht dat bidden spréken moest zijn. Nu leerde hij: bidden is luisteren. Bidden is niet jezelf horen praten maar zover komen dat je zwijgt…. en zolang in zwijgen volhardt, ja volhardt tot je God hoort’.
Zeg het ‘onze Vader’ geadresseerd; richt je tot Hem, de Vader van Jezus Christus die in Hem ook jouw Vader is. Bid langzaam en bedachtzaam.
De zegenbede zegt ‘ons’ omdat er op dat tijdstip vele medezusters en –broeders bidden maar ze geldt zeker ook de buren, de vrienden, de familie en allen die geen weet hebben van het gebed maar waarvoor jij hier nu bent en bidt…
De bijbel gaat dicht, de kaars uit, de dag is begonnen met als opdracht: “recht doen, vriendschap liefhebben en ootmoedig wandelen met je God” (volgens Micha)