De mens is lichaam,
de mens is ziel,
de mens is geest.
‘Word wie je bent’ is het avontuur om inzicht te krijgen in jezelf. Vragen als: ‘wat is mijn oorsprong’, ‘wat is mijn bestemming’, ‘waarvoor dient de tijd die ik op aarde doorbreng’, komen hier aan de orde.
Kunstwerk
Als je kijkt naar het eerste hoofdstuk van de bijbel dan lees je daar dat de mens geschapen is naar het beeld van God. Dat betekent niet in eerste instantie dat je op God lijkt maar dat je gelijkenis vertoont met het beeld dat God van eeuwigheid van je heeft. Vergelijk het met een kunstenaar die een kunstwerk schept. Hij doet dat naar het beeld dat hij binnenin zich van dat kunstwerk al heeft en werkt dat dan uit in een fysieke vorm. Het kunstwerk lijkt dus niet op de kunstenaar maar op het beeld dat hij ervan heeft.
Zijn en worden
Het mooie en tevens moeilijke -van dat geschapen zijn naar Gods beeld- is dat je niet af bent als je ter wereld komt. Een koe, een appelboom en het water zijn dat wel omdat ze zijn geschapen naar hun aard. Hun verschijning blijft zoals hij is, ze zijn vooraf gedefinieerd en vastgelegd.
Voor de mens geldt iets geheel anders. Je bent niet gedefinieerd en vastgelegd. Doorheen het leven word je uitgedaagd om te worden wie je bent. Je zou kunnen zeggen dat je je ware identiteit op het spoor moet komen. Daarvoor moet je terecht bij Degene die je heeft geschapen of preciezer gezegd: door Wie je bent geschapen (Joh. 1:3).
Wie ben ik?
De grondvraag van het menselijk bestaan : ‘Wie ben ik eigenlijk?’ vindt hier een antwoord. God heeft in mensengedaante op deze aarde rondgelopen. Zijn naam was Jezus Christus. Hij heeft ons laten zien wat het ware beeld van God is. Voor de mens is dit het avontuur van zijn leven: steeds meer gelijkenis te gaan vertonen met Jezus Christus, de mensenzoon.
Het heldere mysterie
Het doel is een leven in gemeenschap met de heilige Drie-eenheid, zoals onder woorden gebracht door Kallistos Ware: ‘De komende Tijd is niet een terugkeer naar de paradijselijke toestand, maar een nieuw begin. Een eeuwig NU in de volheid van Gods overstelpende liefde. We zullen God bezitten en Hem toch verder zoeken. Onze vreugde is volkomen en toch wordt ze almaar intenser. God komt ons steeds meer nabij en Hij blijft de geheel Andere, de Oneindige, het diepe, niet uit te putten Mysterie’.